In 2020 belde een woningeigenaar gefrustreerd op naar het TBA. Hij vertelde aan onze planner Mickey van Gasteren dat hij vond dat de wanden van zijn woning slecht waren afgewerkt. De woningeigenaar verzocht het TBA om de wanden te beoordelen en een hersteladvies op te stellen. Hermen de Hek, onze expert op het gebied van plafonds en wanden, ging naar de woning.
“In de woning zag ik de wanden”, vertelt Hermen. “De wanden bestonden uit platen van gipskarton die waren opgebouwd uit metalen staanders. De naden waren afgewerkt. Door heel de woning waren de wanden overgepleisterd met een laagdikte van +/- 3mm. Het viel mij op dat de wanden niet vlak waren. Vooral bij de plaatnaden waren de onvlakheden goed te zien. De wanden liepen hol van plaatnaad naar plaatnaad. Ook zag ik duidelijke onregelmatigheden op meerdere wanden zoals reparatieplekken. Maar dit was niet het enige wat ik aantrof. De verflagen lieten makkelijk los. Ik kon de verf eenvoudig lostrekken van de ondergrond. De hechting was onvoldoende.
Na mijn inspectie kon ik niet anders concluderen dat de wanden grotendeels niet voldeden aan hetgeen wat was overeengekomen. Om tot deze conclusie te komen heb ik de wanden gecontroleerd op vlakheid en getoetst aan de criteria van klasse A van de tabel Afwerkingsniveaus van gipskarton- en gipsvezelplaten. Deze klasse komt vrijwel overeen met groep 1 van de tabel Oppervlaktebeoordelingscriteria stukadoorswerk binnen. Ik heb de kwaliteit van de afwerking beoordeeld zonder dat er strijklicht op het oppervlak van de wanden viel. Strijklicht zorgt immers voor extreme accentuering van minimale onvlakheden en onregelmatigheden in een oppervlak. Het moet nooit vergeten worden dat het uitgevoerde werk handwerk is.
Het herstellen van de oppervlakken van de wanden waren eenvoudig geweest als de verflagen een goede/deugdelijke hechting zou hebben op de pleisterlaag. Jammer genoeg was hier geen sprake van. De hechting van de verflaag was zodanig slecht dat de verf makkelijk losliet. In dit geval konden de wanden niet overgepleisterd worden. Er moest voor een andere oplossing gekozen worden.
De beste oplossing was dat, daar waar mogelijk, op de wanden een extra laag platen van gipskarton werden geschroefd. Op de wanden, die haaks op de (glas)vezel stonden gemonteerd, moest de nieuwe laag horizontaal worden aangebracht. Op sommige plekken op de wand waren te dik om een extra laag platen aan te brengen. Denk hierbij aan de aansluitingen bij kozijnen. Er kon in dit geval gekozen worden om de verflaag af te steken en de wanden over te pleisteren.
De nieuwe gemonteerde gipsplaten konden daarna volgen klasse A worden afgewerkt. Dat wil zeggen: voegen ter plaatse van de plaatnaden vullen net als de schroefgaten. Vervolgens moest heel het oppervlak volledig gepleisterd worden met een filmlaag op basis van een dunpleister. Het eindresultaat was een volledig wit gepleisterd oppervlak.
Voor het schilderen moesten de wanden met een roller geprimeerd worden met een speciaal daarvoor bedoelde primer. Daarna konden de wanden opnieuw geschilderd worden. Voor de herstelwerkzaamheden moest een nauwkeurig inspectie van alle wanden plaatsvinden om in kaart te brengen welke van bovengenoemde handelingen moesten worden uitgevoerd. Overigens wil ik wel duidelijk maken dat onder invloed van strijklicht banen en onregelmatigheden zichtbaar konden worden. Dat op zich is geen reden tot afkeur!”
Heeft u schade en wilt u graag de oorzaak achterhalen? Bel dan 070 33 66 500 of mail naar info@tbafbouw.nl.
Kijk op www.tbafbouw.nl/diensten voor onze diensten.