070 33 66 500 info@tbafbouw.nl

Leegstaande kantoorgebouwen ombouwen tot woningen. Het is een goede oplossing om het woningtekort aan te pakken. Grote panden worden dan van top tot teen verbouwd. Met zulke verbouwingen kan het wel eens gebeuren dat er iets misgaat. Dit was ook het geval in onderstaande situatie. In 2018 werd een stadspand uit 1880 verbouwd naar appartementen. De stukadoorswerkzaamheden bestonden uit het aanbrengen van een saneringspleistersysteem en een wandafwerking. Vooraf zijn injectiewerkzaamheden uitgevoerd om optrekkend vocht te stoppen in de muurconstructie (bestaande uit massief oud baksteen -en nieuw kalkzandsteen metselwerk). Na oplevering was schade ontstaan aan de gestukadoorde afwerking. Het stukadoorsbedrijf heeft het Technisch Bureau Afbouw verzocht om deze schade te beoordelen en een advies voor herstel te geven.

Vochtmeting

“Oude panden verbouwen tot woningen is altijd uitdaging”, vertelt onze stukadoorsexpert Ed van der Plas. “Om de schade te beoordelen heb ik met een Hydromette Compact B vochtmeter het vochtgehalte aan het oppervlak van de afwerking gemeten op verschillende wandhoogtes (tot + 25 mm diepte). Het vochtgehalte was over het algemeen acceptabel van hoogte (tussen de 20 en 45 digits). Dit was ook het geval bij een rechtlijnige smalle opbolling aan het oppervlak. Dit betekende dat hier een scheur vanuit de ondergrond (het metselwerk) was ontstaan. Het vochtgehalte op deze plek was voorheen verhoogd maar nu gedroogd. Op de afwerking zag ik ook drie donkere stucdelen. Deze plekken kwamen spontaan in het wandoppervlak voor op wandhoogtes tussen de + 0,8 en 1,5 meter. Het vochtgehalte op deze plekken was sterk verhoogd: tussen de 80 en 95 digits. Dit betekende dat hier tussen de 5,5 en 6 gew.% vocht aanwezig was.” Verhoogd vochtgehalte “Na het uitvoeren van destructief onderzoek van één van de plekken bleek dat hier onder de wandafwerking een + 10 tot 15 mm dikke witte laag gips voorkwam. Onder deze laag zat een oude kalk/zand gebonden raaplaag. Na het uitvoeren van een vochtmeting op deze oude raaplaag bleek het vochtgehalte ook hier verhoogd te zijn: tot 95 digits. Vervolgens heb ik van deze plek stucmateriaal verzameld voor een indicatieve bepaling (test strips) van het zoutgehalte (hoeveelheid sulfaten, nitraten en/of chloriden). Op basis van deze meting bleek een sterk verhoogd sulfaatgehalte (1200 tot 1600 mg/l zout) in de gestukadoorde afwerking voor te komen.”

Restvocht

“Het oppervlak van de afwerking bevatte overwegend een voldoende laag vochtgehalte. Maar dit was niet geval voor de drie plekken. De plekken waren verkleurd en gedeformeerd door de uitwerking van een hoog vochtgehalte en zout (gekristalliseerde sulfaten/crypto-efflorescentie). Dit hoge vochtgehalte was vrijwel zeker afkomstig van restvocht (bevattende in oplossing gebrachte sulfaten) uit het oude baksteenmetselwerk. Deze plekken waren verborgen gebreken in de metselwerkconstructie en waren toen redelijkerwijs niet aan het oppervlak zicht- en meetbaar.”

Hersteladvies

“Het herstel van deze plekken was gelukkig goed mogelijk:
– ruim afhakken tot op het baksteenmetselwerk;
– in achtnemen van een droogperiode;
– uitvoeren van vochtmetingen;
– aanhelen van deze plekken met een hydraulisch- of luchtkalk gebonden pleistersysteem;
– na droging hiervan een dampopen primerlaag aanbrengen;
– en het overlagen van de gehele wand met een afwerking.”

Kijk voor meer informatie over onze diensten op www.tbafbouw.nl/technische-diensten.

Download de gratis TBA-app!