Scheuren in het plafond. Liever niet, maar als ze voorkomen, wat dan? Dit vroeg een plafond- en wandbedrijf zich af toen in de voegafwerking van de plaatnaden scheuren waren ontstaan. Het bedrijf had in een museum naadloze akoestische plafonds op een brandwerend gipskartonplafond gemonteerd. De naden van het plafond waren voorzien van gaasband en afgewerkt met een voegmateriaal. Over het voegmateriaal was een dunne finishlaag aangebracht. Na het schuren van de voegen had het bedrijf het gehele oppervlak gekorreld met een akoestisch spuitpleister. Na de werkzaamheden sloeg helaas het noodlot toe: scheuren in de plafonds. Het plafond- en wandbedrijf wilde de oorzaak van deze schade weten en schakelde Technisch Bureau Afbouw in.
Typische scheurvorming
“Op verschillende verdiepingen waren de betreffende plafonds gemonteerd,” aldus Hermen de Hek, plafond- en wanddeskundige van het TBA. “De brandwerende gipsplatenplafonds waren gemonteerd op een dubbel regelwerk van 60x27mm profielen. De naden van de gipsplaten waren gevoegd maar niet voorzien van gaasband. Het vullen van de naden was alleen bedoeld om een vlakke ondergrond te krijgen voor het aanbrengen van de panelen. De panelen waren rechtstreeks tegen de gipsplaten geschroefd. De naden ervan waren voorzien van gaasband, gevoegd en gefinisht. De plafonds waren nog niet gespoten met akoestisch spuitwerk. Op diverse plaatnaden waren scheuren te zien aan weerszijde van de voeg en niet ter plaatse van de plaatnaden. Bij nadere beschouwing bleken de scheuren telkens te zitten op de overgang van de vlieslaag (van de plafondplaat) naar het voegmateriaal. Het gaasband op de plaatnaad zat volledig vast op het plaatoppervlak.”
Krimpscheuren
“Volgens de aanwezigen waren de voegen heel langzaam gedroogd. De donderdag voor het paasweekend waren de voegen gefinisht en afgewerkt en na het paasweekend op de dinsdag waren deze voegen nog steeds nat. Dat was ook duidelijk te zien op de foto’s van de aanwezigen. De reden van de langzame droging waren de omstandigheden in de ruimte die te vochtig en/of te koud waren geweest. Hierdoor kon er geen goede droging/uitharding van de voeg plaatsvinden. De scheuren kwamen iets naar buiten en waren rechtlijnig: krimpscheuren. Er was nergens sprake van grillige spanningsscheuren. Ook was er nergens sprake van verzakking in het plafond. De plafonds waren strak en vlak gemonteerd.”
Hogere temperatuur
“Aan de constructie van het plafonds had ik niets vreemds geconstateerd. Zoals ik al eerder zei waren de plafonds netjes en strak gemonteerd. Het beeld van de scheuren kwam hiermee overeen. De scheuren waren typische krimpscheuren en geen zettingsscheuren. Er was sprake van rechtlijnige haarscheuren. Deze scheuren kwamen voor op de overgang van vlieslaag naar de voegafwerking. Mijn vermoeden was dat er sprake was geweest van te lange, te vochtige omstandigheden. Hierdoor kon de voegafwerking niet op de juiste wijze uitharden. Door een te hoge temperatuur was het plafond gaan krimpen en op een zwakke plek gaan scheuren. In dit geval was dat op de overgang van de vlieslaag naar het voegmateriaal.”
Wil je meer weten over onze technische adviezen?
Kijk dan op www.tbafbouw.nl/diensten voor meer informatie.